In de praktijk gaat het bijna altijd om personen die al een verblijfsrecht verworven hebben in België en naar aanleiding daarvan het LOI moeten verlaten. Wanneer zij binnen de 2 maanden geen huisvesting gevonden hebben, kunnen zij een uitstel van vertrek van 1 maand aanvragen bij Fedasil. Daarna houdt hun recht op opvang op. In uitzonderlijke gevallen kan nog 1 à 2 keer een verlenging aangevraagd worden, echter zonder garantie op goedkeuring door Fedasil.
Voor veel vluchtelingen is de termijn van 2 à 3 maanden zeer krap. De hoge huurprijzen, het verminderde aanbod op de huurmarkt, de hoge energieprijzen, de beperkte kennis van de taal,... zijn allemaal zaken die de zoektocht naar een woning extra bemoeilijken. Voor diegenen die er niet in slagen om binnen de door Fedasil bepaalde termijn zelf in huisvesting te voorzien, kan de doorgangswoning een tijdelijke oplossing bieden.
De terbeschikkingstelling van opvang in een doorgangswoning is een vorm van gepaste individuele dienstverlening zoals voorzien in artikel 60§3 van de organieke wet van 8 juli 1976.
Een toewijzing van een persoon of een familie kan daarom enkel na een sociaal onderzoek, uitgevoerd door een maatschappelijk werker van de sociale dienst, en na een beslissing van het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst of na een beslissing bij hoogdringendheid door de voorzitter van het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst.
Deze dienstverlening wordt bepaald door:
Er dient een huishoudelijk reglement voor deze woning vastgesteld te worden.
In het huishoudelijk reglement staat duidelijk vermeld dat de bezetter van de doorgangswoning tijdens het verblijf intensief moet zoeken naar huisvesting (bewijs hiervan ook te leveren op vraag van maatschappelijk assistent). Ook een inschrijving bij het Sociaal Verhuurkantoor en het Kempisch Tehuis zijn verplicht.
Indien het Bijzonder Comité van de Sociale Dienst (of de voorzitter bij hoogdringendheid) een beslissing tot toewijzing van de doorgangswoning neemt, zal de betrokken cliënt een overeenkomst bezetting ter bede moeten ondertekenen, evenals het huishoudelijk reglement.
Artikel 60 §3 van de organieke wet van 8 juli 1976.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder artikel 78 3° dat stelt dat de raad voor maatschappelijk welzijn bevoegd is voor het vaststellen van de reglementen.
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van het feit dat de woning gelegen te Nevenplein 5 te 3950 Bocholt vanaf 25 november 2022 operationeel is als doorgangswoning.
Het huishoudelijk reglement voor de doorgangswoning gelegen Nevenplein 5 wordt goedgekeurd zoals opgenomen in dit besluit.
Het reglement treedt in werking conform artikel 288 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.