Via de ondertekening van het klimaatpact engageren lokale besturen zich om:
De Vlaamse overheid engageert zich om:
De effecten van de klimaatverandering worden steeds zichtbaarder en tegelijk ook meer en meer confronterend: de ontregeling van het klimaat vergroot de kans op extreme weersomstandigheden, waaronder ook droogte. We gaan onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen doeltreffend afbouwen en dat opent nieuwe deuren. Een krachtig klimaatbeleid omhelst tal van voordelen voor een inclusieve, economisch florerende en veelzijdige samenleving die het welzijn bevorderd voor ons allen. Het is belangrijk dat we nu de handen uit de mouwen steken om de negatieve gevolgen van de klimaatverandering tegen te gaan. Alleen met zijn allen kunnen we het tij keren. Door creatieve oplossingen aan te reiken en door nog meer mensen ervan bewust te maken dat ook hun acties een deel van de oplossing zijn, kunnen we de noodzakelijke omslag creëren. Laat ons van deze transitie een echte opportuniteit maken.
Verschillende studies tonen aan welke omvang de jobcreatie kan kennen wanneer we de omslag maken naar een circulaire, efficiënte en hernieuwbare economie. Uiteraard hoeven we vandaag niet van 0 te beginnen. De te bewandelen weg is duidelijk én de eerste stappen zijn reeds genomen door talloze bestaande initiatieven en samenwerkingsverbanden. De resultaten van deze acties worden ook steeds zichtbaarder, waardoor iedereen hier verder op kan bouwen. De gewenste systeemverandering is uiteraard meer dan een verzameling van acties, maar een integrale benadering die we met alle overheden samen uitwerken. Draagvlak is goed, maar er is ook urgentie. Dit vraagt een doortastend leiderschap om systematisch de juiste keuzes te maken. De overheid heeft hierin een tweeledige rol: vooreerst is er de eigen voorbeeldfunctie. “Practice what you preach” als zijnde een belangrijke voorwaarde bij het creëren van draagvlak en dit voor alle beleidsvelden en bestuursniveaus in zowel binnen- als buitenland. De oorzaken en gevolgen van klimaatverandering stoppen namelijk niet aan onze bestuurlijke of landelijke grenzen. Daarnaast vraagt en stimuleert de overheid ook de inspanningen van haar eigen burgers en bedrijven. Immers, alleen wanneer we allemaal samenwerken, zullen we in ons opzet slagen.
Het lokale niveau heeft in beide rollen één cruciale troef in handen: haar nabijheid tot burgers en bedrijven. De burgemeesters zijn de vertegenwoordigers van de deelnemende gemeenten die het Pact onderschrijven. Het Vlaamse niveau heeft ook in beide rollen belangrijke troeven in handen: helikopterzicht op de situatie en de mogelijkheid om hefbomen in werking te zetten of met andere beleidsniveaus hierover in overleg te gaan.
In de beleidsplannen van de Vlaamse overheid zijn vaak strategische en operationele doelstellingen aanwezig die de Vlaamse overheid aan zichzelf, maar evengoed aan de lokale besturen duidt en indien nodig oplegt. Dat is bijvoorbeeld zo in de strategische visie Beleidsplan Ruimte Vlaanderen (meer doen met dezelfde of minder ruimte), het Vlaams Energie- en Klimaatplan, de Lange Termijn Renovatiestrategie en in het droogte- en waterplan (Blue Deal). Op lokaal niveau vormt het Europees burgemeestersconvenant 2020 resp. 2030 het meest bekende instrument in functie van klimaat en energie, waarbij (in de actuele situatie) een CO2-reductie van 20% resp. 40% per gemeente wordt beoogd alsook de opmaak van een klimaatadaptatie- en energie armoedestrategie. Reeds 257 lokale besturen ondertekenden het burgemeestersconvenant 2030, wat aantoont dat lokale besturen al volop hiermee aan de slag zijn gegaan.
Dit pact beoogt een partnerschap tussen het Vlaamse en lokale niveau op te zetten. Een partnerschap dat in dienst staat van het realiseren van de reeds bestaande doelstellingen binnen de diverse Vlaamse beleidsplannen. De doelstellingen zijn zo geformuleerd dat elke burger en bedrijf zich er iets bij kan voorstellen en onmiddellijk weet welke bijdrage hij/zij daar zelf aan kan leveren (bv. dankzij een groepsaankoop, kan ik goedkoop een streekeigen haag rond mijn tuin aanplanten; dankzij de aanwezigheid van een elektrisch deelsysteem, kan ik de noodzaak aan een 1e of 2de wagen heroverwegen; door de hulp van een Benovatiecoach en bedrijven die ontzorging bij renovatie hoog in het vaandel dragen, ga ik nu wel over tot de renovatie van mijn woonst). Elk lokaal bestuur vult zelf in hoe hiermee aan de slag wordt gegaan. Dit kan zowel vanuit de eigen voorbeeldfunctie als vanuit de participatieve functie die een lokaal bestuur ten aanzien van haar burgers en bedrijven kan ontwikkelen. Uiteraard zullen de acties bijdragen tot winsten in procenten, gigawattuur besparing en megaton uitstootreductie zoals die in het Vlaams Energie en Klimaatplan (2021-2030) staan, maar het is niet voor iedereen altijd even gemakkelijk om te visualiseren wat achter de procenten en de megaton schuilgaat en hoe doelstellingen kunnen worden gehaald.
De gekozen doelstellingen zijn ook zo gekozen dat ze de komende jaren steeds zichtbaarder zullen worden in het straatbeeld en van daaruit een groter hefboomeffect zullen hebben op de aanvaarding van nieuwe en schonere technologieën. De doelstellingen focussen daarbij op de toepassing binnen de eigen omgeving: in de eigen woning of tuin, in de eigen straat, de eigen wijk, het bedrijfs- of bedrijventerrein, de eigen gemeente en eventuele omliggende steden en gemeenten. Naast deze gezamenlijke basis, staat het elk bestuur vrij om zelf nog verder te gaan of om samen met andere gemeenten aan de slag te gaan in functie van schaalvoordelen en een kostenefficiënte realisatie van de eigen doelstellingen. Klimaat stopt sowieso niet aan de grenzen van het gemeentelijk grondgebied. Samenwerking kan bv. interessant zijn als in mijn gemeente de behoefte aan extra elektrische deelsystemen groter is dan vooropgesteld en de ruimte voor het planten van bomen tegelijk beperkt is. In mijn buur- of nabij gelegen gemeente(n) kan dit net omgekeerd zijn. Een doelstelling van de vier werven die in de ene gemeente zo praktisch onmogelijk lijkt, kan door samenwerking met een aangrenzende gemeente veel kostenefficiënter en dus tevens vlotter haalbaar zijn. Er bestaan al verschillende doeltreffende voorbeelden van intergemeentelijke samenwerkingsverbanden zoals intercommunales die zich richten op het uitrollen van lokale klimaatacties.
Door de ondertekening van het Pact zullen de lokale besturen de globale doelstellingen helpen verwezenlijken zoals opgenomen in het Burgemeestersconvenant 2030, het Vlaams Regeerakkoord 2019-2024, de Lange Termijn Renovatiestrategie 2050 en de doelstellingen uit het Vlaams Energie- en Klimaatplan. De Vlaamse overheid engageert zich om bv. via het Netwerk Klimaat hierbij te faciliteren en te ondersteunen. Dit bijvoorbeeld door het wegwerken van allerhande hindernissen die de realisatie van doelstellingen en acties in de weg staan. Lokale besturen hoeven deze uitdagingen ook niet alleen aan te gaan. Zowel in het kader van de opvolging van de Lokale Klimaattafels als bij de werking van het Netwerk Klimaat, heeft de Vlaamse overheid nu reeds middelen vrijgemaakt om projecten mee te helpen realiseren en uit te dragen. Vanuit deze hands on aanpak kan zij tegelijk ook de vinger aan de pols houden en concrete oplossingen aanreiken. De VVSG is in de beide initiatieven de begeleidende partner.
Bocholt zal net als andere Vlaamse gemeenten en lokale overheden worden gevraagd dat zij hun broeikasgassen met 40% reduceren in 2030 ten opzichte van 2015 en vanaf 2020 per jaar een energiebesparing realiseren van 2.09% op het energieverbruik van hun gebouwenpark. Wereldwijd leidt de uitstoot van broeikasgassen tot een opwarming van de aarde met klimaatverandering tot gevolg. De gevolgen van klimaatverandering worden steeds meer duidelijker via extremere weersomstandigheden. Een lokale overheid is direct en indirect mee verantwoordelijk voor de broeikasgasemissies als gevolg van het gebruik van energie in het kader van menselijke activiteiten.
Het is wenselijk dat de gemeente Bocholt het Lokaal Energie-en Kimaatpact ondertekent en de mogelijke acties uitvoert. Bijgevolg heeft de gemeente recht op financiële ondersteuning van de Vlaamse overheid door middel van het trekkingsrecht. In totaal kan er voor 2021 een subsidie van € 45.290,00 verkregen worden mits cofinanciering. Dit dient aangetoond te worden via de jaarrekening (BBC codering). De totale uitgaven voor klimaatacties dienen minstens het dubbele van de verkregen subsidie te bedragen.
Uiterlijk op 29 oktober 2021 bezorgt de gemeente Bocholt de gemeenteraadsbeslissing tot ondertekening van het Lokaal Energie en Klimaatpact via het Loket voor Lokale Besturen aan het Agentschap Binnenlands Bestuur. De gemeente bezorgt hierbij ook de identificatie van de geplande klimaatacties. De gemeente kiest zelf welke acties dit kunnen zijn. De gemeente wordt in navolging hiervan niet aangesproken op het al dan niet behalen van de doelstelling, het gaat over een inspanningsverbintenis.
Er is een jaarlijks opvolgmoment, om de gerealiseerde klimaatacties te kunnen opvolgen. De gemeente bezorgt uiterlijk op 31 maart 2023 een rapportering over de voortgang van het Lokaal Energie en Klimaatpact, nadat die aan de gemeenteraad is voorgelegd. De gemeente rapporteert daarnaast over de uitgaven die gebeurd zijn voor de projecten waarvoor deze subsidie wordt aangevraagd door ze in de jaarrekening te koppelen aan de code ABB-LEKP-2021. Deze code staat voor de uitvoering van dit pact.
In de jaarrekening zullen volgende codes gekoppeld worden aan code ABB-LEKP-2021:
De internationale conferentie inzake milieu en ontwikkeling gehouden in Rio de Janeiro in 1992 en het internationaal verdrag van Kyoto van 1997 met betrekking tot het nemen van maatregelen ter bescherming van het klimaat en ter vermindering van de uitstoot van broeikasgassen.
Het ondertekenen van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen door de federale overheid in New York in 2015 aangaande het engagement om aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen te werken.
Het ondertekenen door de gemeente Bocholt van het Burgemeestersconvenant 2030, aangaande de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen.
Het Vlaams Energie- en Klimaatplan (VEKP) 2021-2030.
Het Regeerakkoord Vlaamse Regering 2019-2024:Ook de Vlaamse en lokale overheden nemen hun verantwoordelijkheid en geven het goede voorbeeld. Net zoals de Vlaamse Overheid zullen gemeenten, steden, intercommunales, OCMW’s, provincies en autonome gemeentebedrijven worden gevraagd dat zij hun broeikasgassen met 40% reduceren in 2030 ten opzichte van 2015 en vanaf 2020 per jaar een energiebesparing van 2,09% realiseren op het energieverbruik van hun gebouwenpark (inclusief technische infrastructuur, exclusief onroerend erfgoed).
Art. 2 van het Decreet Lokaal Bestuur: “De gemeenten zijn overeenkomstig artikel 41 van de Grondwet bevoegd voor de aangelegenheden van gemeentelijk belang. Voor de verwezenlijking daarvan kunnen ze alle initiatieven nemen. Ze beogen om bij te dragen aan de duurzame ontwikkeling van het gemeentelijk gebied.”
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De gemeenteraad keurt de toetreding tot het Lokaal Energie- en Klimaatpact, zoals gehecht aan dit besluit, goed.