Notulen  Raad voor Maatschappelijk Welzijn

Gezien artikel 249 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 niet van toepassing is, is de procedure “vrij”. De opvolgingsrapportering bevat echter minstens volgende elementen:

• Een stand van zaken van de prioritaire acties van het meerjarenplan
• Een overzicht van de geraamde en de gerealiseerde ontvangsten en uitgaven voor het lopende jaar
• In voorkomend geval, de wijzigingen in de assumpties die gekozen werden bij de opmaak van het meerjarenplan
• In voorkomend geval, wijzigingen in de financiële risico’s

Artikel 263 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 behandelt het opvolgingsrapport. Conform artikels 41 en 78 betreft het een niet-delegeerbare bevoegdheid van respectievelijk de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn.

Artikel 29 van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus (BVR BBC) concretiseert de (minimale) inhoud. Artikel 5 van het Ministerieel besluit van 26 juni 2018 over de beleids- en beheerscyclus (MB BBC) concretiseert de minimale inhoud van de financiële info.

Op te merken valt dat artikel 249 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 niet van toepassing is.

Ingevolge enerzijds de Europese Verordening (EU) 2016/679 van 27 april 2016, alsook de Belgische wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen getroffen in overeenstemming met deze Verordening (GDPR) en anderzijds de wet van 27 juni 2018 inzake de omzetting van de richtlijn 2014/50/EU betreffende minimumvereisten voor de vergroting van de mobiliteit van werknemers tussen de lidstaten door het verbeteren van de verwerving en het behoud van aanvullende pensioenrechten (Portability Richtlijn), dient het reglement inhoudelijk op enkele punten te worden aangepast.

Concreet verandert er het volgende:

• Verplichting om te voldoen aan de GDPR-wetgeving inzake het begrip 'verwerkingsverantwoordelijke' (artikel 11 Persoonsgegevens) 
• Conform de wet van 27 juni 2018 worden:
• werknemers die in dienst treden, onmiddellijk aangesloten en moeten bijvoorbeeld niet meer wachten tot ze 25 jaar zijn;
• werknemers die in dienst zijn getreden vóór 1 januari 2019 en die volgens de oude wetgeving nog niet voldeden aan de voorwaarden omtrent aansluiting en/of opbouw van aanvullende pensioenrechten, aangesloten en/of bouwen rechten op (vanaf de aansluitingsdatum) vanaf 1 januari 2019.
• de verworven rechten opgebouwd vanaf de aansluiting, ongeacht de duurtijd;
• werknemers met een contract van bepaalde duur eveneens aangesloten indien zij behoren tot de categorie voor wie de aanvullende pensioentoezegging van toepassing is;
• indien, op het ogenblik van de uittreding, de verworven reserves het grensbedrag van € 150,00 niet overschrijden, deze reserves verder beheerd  in de bestaande pensioentoezegging. In dergelijke gevallen zal er door Ethias geen uittredingsbrief verstuurd worden.

In het overleg met de erkende vakbondsorganisaties dd. 26 augustus 2021 werd goedkeuring verleend voor een nieuwe gecoördineerde versie van het reglement aanvullend pensioenplan voor contractuele personeelsleden conform de wettelijke bepalingen.

Artikel 78 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2018 met betrekking tot de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

De wet van 6 augustus 1993 betreffende de pensioenen van het benoemd personeel en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid.

De wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid.

De wet van van 27 oktober 2006 betreffende het toezicht op de instellingen voor bedrijfspensioenvoorzieningen.

Het sectoraal akkoord 2008-2013 voor het personeel van de lokale en provinciale besturen, afgesloten in het Vlaamse onderhandelingscomité C1 van 19 november 2008.

Het kaderreglement tweede pensioenpijler contractanten  dat met de representatieve vakorganisaties onderhandeld werd in het Vlaamse onderhandelingscomité C1 van 9 december 2009.

De oprichting van een collectief pensioenplan voor de contractuele personeelsleden door het provinciebestuur van Limburg, conform het provincieraadsbesluit van 17 december 2008, voor zijn contractuele personeelsleden en de goedkeuring van een reglement  voor het gezamenlijk organiseren van een collectief pensioenplan met de Limburgse gemeenten en OCMW's conform het besluit van de provincieraad van 16 september 2009.

De oprichting van een tweede pensioenpijler voor de contractueel tewerkgestelde personeelsleden van de gemeente en het OCMW van Bocholt met ingang van 1 januari 2010, door het instellen van een collectief pensioenplan, goedgekeurd door de gemeenteraad op 27 mei 2010.

Het reglement voor het collectief pensioenplan voor de tweede pijler voor contractuelen waarin door het bestuur de principes, modaliteiten en verplichtingen van dit plan vastgelegd werden, rekening houdend met de wettelijke verplichtingen en mogelijke toekomstige modaliteiten, goedgekeurd door de gemeenteraad op 27 mei 2010, gewijzigd door de gemeenteraad op 25 februari 2016 en op 29 november 2018.

De Europese Verordening (EU)2016/69 van 27 april 2016 en de Belgische wettelijke, decretale en reglementaire bepalingen getroffen in overeenstemming met deze Verordening (GDPR).

De wet van 27 juni 2018 inzake de omzetting van de richtlijn 2014/50/EU betreffende minimumvereisten voor de vergroting van de mobiliteit van werknemers tussen lidstaten.

De resultaten van de besprekingen met de erkende vakbondsorganisaties dd. 26 augustus 2021 waarvan het protocol van akkoord in bijlage.

De wijzigingen die voortvloeien uit de Europese Verordening van 27 april 2016 en uit de wet van 27 juni 2018 inzake de omzetting van de richtlijn 2014/50/EU zijn reeds van kracht sinds 1 januari 2019. De pensioenreglementen dienen evenwel ook formeel aangepast te worden. Het nieuwe reglement beoogt aldus het formeel in overeenstemming brengen van de tekst met de reeds geldende praktijk.

Om cliënten/particulieren toe te laten, tegen vergoeding, “persoonlijke” fotokopies te nemen, dient een retributiereglement opgesteld te worden. De voorgestelde tarieven zijn gelijk aan deze die momenteel door bibliotheek “De Priool” worden toegepast.

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 77, bepaalt dat de raad voor maatschappelijk welzijn de reglementen van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn vaststelt. Volgens artikel 78, 3° kan de bevoegdheid voor het “vaststellen van andere reglementen dan die over personeelsaangelegenheden” niet aan het vast bureau worden toevertrouwd.

In artikel 177 van het Decreet Lokaal Bestuur  van 22 december 2017 wordt de mogelijkheid vermeld om de financieel directeur een dwangbevel te laten uitvaardigen bij niet-fiscale schuldvorderingen, op voorwaarde dat ze onbetwist en opeisbaar zijn. Dit dwangbevel wordt geviseerd en uitvoerbaar verklaard door het vast bureau.

De woning gelegen te Kanaalstraat 25 is onlangs volledig afgewerkt en dus operationeel als doorgangswoning.

De terbeschikkingstelling van opvang in een doorgangswoning is een vorm van gepaste individuele dienstverlening zoals voorzien in artikel 60§3 van de organieke wet van 8 juli 1976. 

Een toewijzing van een persoon of een familie kan daarom enkel na een sociaal onderzoek, uitgevoerd door een maatschappelijk werker van de sociale dienst, en na een beslissing van het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst of na een beslissing bij hoogdringendheid door de voorzitter van het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst.

Deze dienstverlening wordt bepaald door:

• de beschikbaarheid van de doorgangswoning op het moment van de aanvraag
• de context van de hulpvrager (hiermee wordt bedoeld: past deze hulpvrager in de doorgangswoning rekening houdend met de problematiek van betrokkene?)
• de hoogdringendheid van de aanvraag (noodsituatie)

Indien het Bijzonder Comité van de Sociale Dienst (of de voorzitter bij hoogdringendheid) een beslissing tot toewijzing van de doorgangswoning neemt, zal de betrokken cliënt een overeenkomst bezetting ter bede moeten ondertekenen, evenals het huishoudelijk reglement. Deze documenten zijn toegevoegd in bijlage.

Maandelijks zal de cliënt een rekening voor de bezettingsvergoeding ontvangen. De dagprijs bedraagt :

• € 15,00 voor een alleenstaande;
• € 17,00 voor een koppel;
• € 20,00 voor een gezin.

Het verblijf in de doorgangswoning wordt in beginsel voor maximum 3 maanden toegekend. Een verlenging kan uitzonderlijk nog eens voor 3 maanden worden toegestaan door het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst.

In het huishoudelijk reglement staat duidelijk vermeld dat de bezetter van de doorgangswoning tijdens het verblijf intensief moet zoeken naar huisvesting (bewijs hiervan ook te leveren op vraag van maatschappelijk assistent). Ook een inschrijving bij het Sociaal Verhuurkantoor en het Kempisch Tehuis zijn verplicht.

Artikel 60§3 van de organieke wet van 8 juli 1976. 

Artikel 77 en 78 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 inzake de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn zijn van toepassing.

Bedoeling is een gezonder eetpatroon bij de kinderen aankweken en het gezondheidsbeleid van de scholen volgen omtrent tussendoortjes, daarom wordt de verkoop van koeken en drank in de opvang geschrapt. Kinderen mogen vanaf 01/10/2021 wel zelf een stuk fruit (bij voorkeur), een koek of een drankje meenemen, in een fruit- of koekendoosje. Ouders hoeven tijdens schooldagen niets mee te geven aangezien de kinderen in de namiddag nog een eetmoment hadden op school. Er wordt op woensdag een fruit/groenten-dag georganiseerd waarop gratis een stuk fruit en/of groenten word(t)(en) aangeboden. 
Er wordt ook gratis water aangeboden alsook halfvolle witte melk tijdens het ontbijtmoment. Het drinken van water wordt in de opvang gestimuleerd. Er worden zelden (uitzonderlijk aanbod) koeken, worstenbroodjes, ijs, chips, chocolade,… aangeboden. Noten zijn af te raden bij kinderen onder 4 jaar (verslikkingsgevaar). 

De kinderen worden op weg geholpen door gesneden fruit aan te bieden (op een speelse fruit- en waterkar). Ouders zullen ook meer bewustgemaakt moeten worden om een gezond tussendoortje mee te geven. 

Nadelen: 

• Geen inkomsten meer voor koek en drank (€ 0,60/ consumptie). De aankoop en verkoop van koek en drank is een nul-operatie.
  Bijdrage van de ouders voor enkel koek en drank:
  • 2016      € 2.052,00
  • 2017      € 2.886,00
  • 2018      € 3.000,00
  • 2019      € 3.940,20
  • 2020      € 2.068,80 (coronajaar)
• Groenten en fruit zijn duurder dan koeken (maar dit wordt maar 1x/ week aangeboden dus hoeven er geen extra budgetten voorzien te worden).
• Door te vragen om de tussendoortjes mee te geven in een doosje, worden papiertjes die achterblijven in de kinderopvang vermeden (afvalvermindering). Dit is wel enkel afvalvermindering in de BKO, het afval blijft thuis achter. Deze maatregel wordt wel toegepast om het beleid van de scholen te volgen (= ook duidelijker voor ouders). 

Andere voordelen:

• Minder administratie:
  • Registreren van verkoop. 
  • Geen administratie meer rond vervaldata van de aangekochte producten en het noteren van de allergenen (elk etiket van de diverse aankopen moet nagekeken worden op allergenen).
• Sommige kinderen mochten wel een koek, andere niet. Dat zorgde voor ongelijkheid gecreëerd in/door de opvang.
• De factuur voor opvang wordt voor de ouders minder hoog.
• Personeelskost om maandelijks inkopen te doen vermindert enorm = tijdsbesparend.  
• Niet meer moeten sleuren met drank = rugsparend.
• De aankoopprocedure voor koek en drank kan geoptimaliseerd worden. Door enkel water en fruit/groeten aan te bieden, kan er gezocht worden naar een vaste leverancier (via een raamcontract).
• Duidelijkheid voor ouders: eenzelfde beleid in de buitenschoolse opvang en op school. 

Tijdens de raad voor maatschappelijk welzijn van 15 november 2012 werd een tarief van telkens € 0,60 voor drank en koek goedgekeurd. Deze 2 tarieven dienen opgeheven te worden.

Beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 15 november 2012 inzake vaststelling retributiereglement buitenschoolse kinderopvang (tarieven)

Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder art. 77 en 78,  inzake de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn

Gezinnen moeten heel wat puzzelen om werk en de zorg voor de kinderen te combineren. Die puzzel wordt steeds complexer in een arbeidsmarkt die om flexibiliteit vraagt. Die flexibiliteit stelt ook kwetsbare gezinnen op de proef. Ze kunnen daarbij ondersteuning gebruiken van kinderopvang én van werkgevers. Hiernaast mag een gebrek aan betaalbare kinderopvang zeker geen drempel zijn om aan het werk te gaan. 

Het sociaal tarief is een maatregel om personen of gezinnen die behoren tot bepaalde categorieën van rechthebbenden te helpen om hun rekening voor de kinderopvang te betalen. Gezinnen die in een moeilijke financiële situatie verkeren, kunnen voor de opvang van hun kind(eren) een sociaal tarief verkrijgen.

Sinds 2014 kregen 77 gezinnen het sociaal tarief toegekend (130 kinderen). In 2020 werden 67 kinderen opgevangen met sociaal tarief.  Momenteel zijn er 6 pleeggezinnen (9 kinderen) die gebruik maken van het sociaal tarief.

Er geldt geen specifieke regeling omtrent het sociaal tarief voor pleeggezinnen.

Er is geen uniformiteit in de toekenning van sociale tarieven voor kinderopvang in de omliggende gemeenten:

• In Hamont-Achel is er enkel een sociaal tarief voor gezinnen die het financieel moeilijk hebben (attest verhoogde tegemoetkoming).
• In Bree beslist enkel het OCMW over toekenning van het sociaal tarief. Ouders vragen het sociaal tarief aan in het Sociaal Huis.
• In Pelt wordt het sociaal tarief toegekend aan gezinnen die het financieel moeilijk hebben (verhoogde tegemoetkoming of toekenning leefloon OCMW).
• In Peer wordt het sociaal tarief toegekend aan gezinnen met verhoogde tegemoetkoming, gezinnen in een financieel kwetsbare situatie (via OCMW) en aan pleeggezinnen woonachtig in Peer.

Voorstel toekenning van het sociaal tarief in de BKO Scooby-Doo voor volgende rechthebbenden: 

1. OCMW- en gemeentepersoneel (personeelstarief – was reeds beslist)
2. Ouders met verhoogde tegemoetkoming
3. Toekenning sociaal tarief buitenschoolse kinderopvang via sociale dienst (SD) OCMW
   Deze toekenning verloopt via de SD en wordt via een lijst teruggekoppeld aan het bijzonder comité van de sociale dienst  (BCSD).

Het statuut pleeggezin komt niet in aanmerking voor het sociaal tarief. Pleegouders dienen hiervan geïnformeerd te worden, wetende dat zij momenteel genieten van een sociaal tarief.

Bedrag

Het sociaal tarief bedraagt 50% van de ouderbijdrage, ouders betalen dus 50% minder.

Geldigheid sociaal tarief 

Per werkingsjaar van 01/09/xx tot en met 31/08/xx (schooljaar) wordt het sociaal tarief toegekend op basis van de aangeleverde attesten. Deze attesten worden bezorgd aan de coördinator. Jaarlijks kunnen de attesten ingediend worden in de maand september (voor 30 september). Hierop zijn enkele uitzonderingen:

• Voor gezinnen die zich na de maand september aanmelden bij het OCMW, is het mogelijk dat er later een attest wordt afgeleverd. Het sociaal tarief kan met terugwerkende kracht vanaf 1 september of vanaf een latere datum voorzien worden tot en met het einde van dat lopende werkingsjaar (31 augustus), afhankelijk van het sociaal onderzoek.
  Indien er sprake is van terugwerkende kracht, dan wordt het bedrag in mindering gebracht bij toekomstige facturen.
• Gezinnen die later in het jaar recht hebben op verhoogde tegemoetkoming, bezorgen het attest zoals beschreven in de aanvraagprocedure en ontvangen het sociaal tarief vanaf dat moment tot en met het einde van dat lopende werkingsjaar.
• Tijdens het eerste intakegesprek wordt aan het gezin gevraagd of ze recht hebben op verhoogde tegemoetkoming. Kind(eren) van gezinnen die later in het jaar voor de eerste keer naar de opvang komen en recht hebben hierop, krijgen vanaf dat moment sociaal tarief tot en met het einde van dat lopende werkingsjaar. Ze bezorgen hiervoor het attest zoals beschreven in de aanvraagprocedure.

Om te vermijden dat bepaalde mensen hun recht mislopen, zal Scooby-Doo elk jaar (juli of augustus) alle gezinnen die gebruik maken van de opvang opnieuw informeren en bevragen hierover.

Deze informatie dient ook opgenomen te worden in het huishoudelijk reglement. 

Aanvraagprocedure: hoe kan het sociaal tarief aangevraagd worden? 

• OCMW- en gemeentepersoneel (personeelstarief)
   Personeelslid kan aantonen tewerkgesteld te zijn bij OCMW/gemeente
• Verhoogde tegemoetkoming
  Het sociaal tarief wordt automatisch toegekend aan alle kinderen die automatisch recht hebben op een verhoogde tegemoetkoming. Met automatisch wordt bedoeld dat er geen sociaal onderzoek meer nodig is. Ouders kunnen zelf a.d.h.v. het klevertje van hun ziekenfonds controleren of ze hiervoor in aanmerking komen (wanneer de code eindigt op een 1, hebben ze recht op het sociaal tarief).
  Hoe aanvragen?
  Ouders vragen een attest aan hun ziekenfonds en bezorgen dit aan de buitenschoolse kinderopvang (geen klevertjes!). Wij zorgen ervoor dat het sociaal tarief nadien automatisch wordt toegekend.
• Toekenning sociaal tarief buitenschoolse kinderopvang via SD OCMW
  1. Sociaal onderzoek
     De sociale dienst onderzoekt of de ouder(s) recht heeft/hebben op een toekenning sociaal tarief > doelgroepbepaling & documenten:
     • Personen/gezinnen die een leefloon (LL) ontvangen of een daarmee gelijkgesteld bedrag (equivalent leefloon, inkomensgarantie voor ouderen (IGO),…) 
     • Personen/gezinnen met een inkomen lager dan het Sociaal Vitaal Minimum (SVM) 
     • Personen/gezinnen in budgetbegeleiding, budgetbeheer en/of CSR (met max. € 6200,00 aan spaargeld) 
     • Cliënten in een behartenswaardige situatie (deze optie is afzonderlijk te motiveren in een verslag voor het BCSD)
  2. Vervolgens wordt het attest 'Verklaring sociaal tarief Scooby-Doo' ingevuld door de maatschappelijk assistent(e) en doorgestuurd naar de coördinator van de BKO.
  3. Deze toekenning wordt via een lijst 3-maandelijks teruggekoppeld aan het BCSD.
  4. De genomen beslissing is 1 jaar geldig met telkens een einde op 31 augustus van het lopende jaar en dient dus telkens opnieuw te worden aangevraagd.

Bovenstaand voorstel was reeds principieel goedgekeurd op het Vast Bureau van 26 augustus 2021.

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder artikel 77 en 78 inzake de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

Het Subsidiebesluit Buitenschoolse Opvang van 16 mei 2014.

Het huishoudelijk reglement kent volgende aanpassingen: 

Sjabloon 
Het sjabloon van Kind en Gezin wordt gehanteerd voor de aanpassing van het huishoudelijk reglement, alsook van de schriftelijke overeenkomst. 

Schrijfstijl
Er wordt getracht alle informatie in een duidelijke, leesbare en warme schrijfstijl te omschrijven. 

Digitalisering inschrijfprocedure
Een eerste inschrijving verloopt minder complex en meer digitaal. Ouders kunnen zich eerst registreren in i-school en dan wordt contact met hen opgenomen voor een intake en rondleiding. Ze vinden vanaf 01/10/2021 alle informatie terug op de website en op het ouderplatform van i-school. 

Sociaal tarief 

Zie het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van heden inzake het reglement toekenning sociaal tarief voor de buitenschoolse kinderopvang Scooby-Doo.

Ouders kunnen flexibeler inschrijven voor opvang

De inschrijfprocedure wordt verlengd om zo nog meer tegemoet te komen aan ouders met wisselende arbeidstijden. Voor de coronacrisis konden ouders tot 2 dagen voor de opvangdag hun kind in- en uitschrijven. Nu kan dit tot 17.30 uur voor de opvangdag. Hierdoor wordt minder administratie gecreëerd voor de medewerkers en minder boetes voor de ouders. 

Tarieven en boetes

De tarieven van koek en drank werden aangepast bij besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van heden en dienen opgenomen te worden in het huishoudelijk reglement. 

De overige tarieven blijven ongewijzigd.

Gezonde dranken en tussendoortjes in de buitenschoolse kinderopvang

Er wordt aandacht geschonken aan het belang van een gezonde voeding, ook in de buitenschoolse kinderopvang, zodat kinderen essentiële stoffen opnemen voor een goede groei en ontwikkeling.

Dit zijn de uitgangspunten: 

• Water: Kleuters drinken best 1 liter per dag, vanaf 6 jaar 1,5 liter per dag.
• Tussendoortjes: 2 tot 3 per dag, aanvullend op de 3 hoofdmaaltijden,  fruit (2 stuks/dag), groenten en melkproducten (350-500 ml). 
• Ook een gezond gewicht is belangrijk. Kinderen met overgewicht op jonge leeftijd hebben meer kans op overgewicht later. Overgewicht op een jonge leeftijd kan ook zorgen voor psychosociale stress en een laag zelfbeeld.
• Smaakvoorkeuren en eetgewoonten worden op jonge leeftijd gevormd. Kinderen leren smaken appreciëren door herhaaldelijk aan te bieden. 
• Fruitsap is natuurlijk beter dan frisdrank maar bevat evenveel calorieën/energie (suikers) en is niet goed voor de tanden (zuren). Daarom is het beter om dit niet dagelijks aan te bieden maar eerder uitzonderlijk, bijvoorbeeld bij een activiteit. Frisdranken worden natuurlijk nog steeds vermeden in de opvang. 
• Voorverpakte koeken leveren in het algemeen veel vet en/of suiker en weinig voedingsstoffen en passen daarom niet in een gezond voedingspatroon. 

Bedoeling is een gezonder eetpatroon bij de kinderen aankweken en het gezondheidsbeleid van de scholen volgen omtrent tussendoortjes, daarom wordt de verkoop van koeken en drank in de opvang geschrapt. Kinderen mogen vanaf 01/10/2021 wel zelf een stuk fruit (bij voorkeur), een koek of een drankje meenemen, in een fruit- of koekendoosje. Ouders hoeven tijdens schooldagen niets mee te geven aangezien de kinderen in de namiddag nog een eetmoment hadden op school. Er wordt op woensdag een fruit/groenten-dag georganiseerd waarop gratis een stuk fruit en/of groenten word(t)(en) aangeboden. 
Er wordt ook gratis water aangeboden alsook halfvolle witte melk tijdens het ontbijtmoment. Het drinken van water wordt in de opvang gestimuleerd. Er worden zelden (uitzonderlijk aanbod) koeken, worstenbroodjes, ijs, chips, chocolade,… aangeboden. Noten zijn af te raden bij kinderen onder 4 jaar (verslikkingsgevaar). 

De kinderen worden op weg geholpen door gesneden fruit aan te bieden (op een speelse fruit- en waterkar). Ouders zullen ook meer bewustgemaakt moeten worden om een gezond tussendoortje mee te geven. 

In zitting van 15 november 2012 werd een tarief van telkens € 0,60 voor drank en koek goedgekeurd. Deze 2 tarieven werden opgeheven door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van heden.

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder artikel 77 en 78 inzake de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

Kwaliteitsbesluit Buitenschoolse Opvang van 16 mei 2014 en het MB van 23 mei 2014 tot uitvoering ervan.

Subsidiebesluit Buitenschoolse Opvang van 16 mei 2014 en het MB van 23 mei 2014 tot uitvoering ervan.